AirPort-configuratieprogramma

Via PPP op afstand verbinding maken met uw basisstation

Als u een Dual Ethernet- (Snow) of AirPort Extreme-basisstation met een interne modem gebruikt, en de modem van het basisstation is verbonden met een telefoonaansluiting, kunt u vanaf een externe computer inbellen op het basisstation en zo toegang krijgen tot uw AirPort-netwerk.

Als u extern verbinding maakt met het basisstation, hebt u toegang tot het AirPort-netwerk, inclusief computers die via Ethernet op het netwerk zijn aangesloten. Als het basisstation via een ADSL- of kabelmodem is verbonden met het internet, kunt u ook verbinding maken met het internet.

Het basisstation configureren voor externe toegang

  1. Open AirPort-configuratieprogramma. Als u met een Mac werkt, vindt u AirPort-configuratieprogramma in de map 'Hulpprogramma's' in de map 'Programma's'. Als u met Windows werkt, kiest u 'Start' > 'Alle programma's' > 'AirPort'.

  2. Selecteer het basisstation en klik op 'Handmatige configuratie'. Voer, indien vereist, het wachtwoord voor het basisstation in.

  3. Klik op 'Netwerk', schakel het aankruisvak voor de PPP-inbelverbinding in en klik op 'Configureer'.

  4. Typ uw gebruikersnaam en wachtwoord, kies het aantal belsignalen waarna moet worden geantwoord en selecteer andere instellingen.

Aangezien u het basisstation instelt voor het beantwoorden van inkomende oproepen, is het raadzaam een speciale telefoonlijn te gebruiken voor het basisstation. Als er op dezelfde lijn andere oproepen binnenkomen, kan dit tot gevolg hebben dat de verbinding van de modem in het AirPort-basisstation wordt verbroken.

Opmerking:Als u via de interne modem van het basisstation verbinding maakt met het internet, kunt u inbellen via PPP niet inschakelen.