Als op uw basisstation een USB-schijf kan worden aangesloten of als u een Time Capsule met een interne AirPort-schijf gebruikt, kunt u de toegang tot de schijf beveiligen. U kunt de harde schijf beveiligen op basis van gebruiker als u gebruikersaccounts hebt ingesteld op uw basisstation, of door een wachtwoord toe te wijzen aan de schijf.
Open AirPort-configuratieprogramma, selecteer uw basisstation of Time Capsule en kies vervolgens 'Basisstation' > 'Handmatige configuratie'. Voer, indien vereist, het wachtwoord voor het apparaat in. Klik op 'Schijven'.
Als u met Mac OS X werkt, vindt u AirPort-configuratieprogramma in de map 'Hulpprogramma's' in de map 'Programma's'. Als u met Windows werkt, kiest u 'Start' > 'Alle programma's' > 'AirPort'.
Kies 'Met accounts' of 'Met een schijfwachtwoord' uit het venstermenu 'Beveilig gedeelde schijven'.
Als u 'Met een schijfwachtwoord' kiest, voert u een wachtwoord in. Gebruikers moeten dit wachtwoord invoeren om toegang te krijgen tot de schijf.
Als u 'Met accounts' kiest, wordt de identiteit van gebruikers gecontroleerd aan de hand van de gebruikersnaam en het wachtwoord die u het ingesteld in het paneel 'Accounts' van AirPort-configuratieprogramma. Klik op de onderstaande koppeling voor meer informatie over het instellen van gebruikersaccounts.
U kunt ook de toegang van gasten tot de schijf instellen, waarbij u kunt kiezen uit 'Lezen en schrijven', 'Alleen-lezen' of 'Geen toegang'.
Als u de schijf op een andere manier wilt beveiligen (met een apparaat- of schijfwachtwoord in plaats van met gebruikersaccounts) of als u de naam van een account wijzigt, hebben gebruikers mogelijk niet langer toegang tot alle bestanden op de schijf.